Kabinet Pepijn Verheyen

BACK TO BEAST: LEEF TERUG MEER ALS EEN BEEST!

Onlangs sprong de titel van een klein boekje me in het oog. Ik kreeg het, alsof het lot ermee gemoeid was, onder mijn neus geschoven in de plaatselijke bibliotheek. ‘Leef als een beest’ stond er. Interessant dacht ik en dat bleek na het lezen ervan ook zo te zijn.
Het boekje is op een zeer vlotte en toegankelijke manier geschreven door psychiater en hoogleraar Witte Hoogendijk en chef Boeken bij de Volkskrant Wilma de Rek. Zij laten ons zien dat de kloof die er heerst tussen datgene waarvoor ons lichaam gemaakt is en datgene wat we datzelfde lichaam heden ten dage aandoen, leidt tot modernetijdsziektes zoals burn-out, depressie, obesitas en een hoge bloeddruk. Door meer te leven als een beest zouden we minder last hebben van beschavingsziektes. Hier ben ik het helemaal mee eens! Waarom? Hieronder een woordje extra uitleg.

Afbeelding rechts: Bewijs van de mens zijn plaats in de natuur, Huxley 1863, p22

Stel je gaat in het bos wandelen en ontdekt in het hoge gras een achtergelaten vossenjong. Je neemt hem mee naar je thuis; een appartement in het midden van Antwerpen waar de trams en bussen voor je deur voorbijrazen. Je maakt voor hem een nestje op je zetel. Vertroetelt hem de hele dag, kijkt samen met vossenjong televisie en propt hem vol met allerlei lekkers zoals pringles, oreo’s en cola. Is het dan raar dat na een paar weken een dik vossenjong je met zielige, doffe ogen aankijkt? Wellicht niet. De meesten onder ons vinden het gelukkig nog logisch dat het vossenjong ongelukkig is in deze situatie; omdat wilde dieren zoals hij nu eenmaal in het bos thuishoren.
Maar hoe zit het dan met mensen? Horen die eigenlijk wel thuis op een appartement in de stad, hun dagen slijtend op een stoel terwijl ze zich volproppen met allerlei calorierijke snacks? Zijn mensen eigenlijk ook van oorsprong geen dieren, net zoals het vossenjong, afkomstig uit de wilde natuur?

Wanneer je goed en wel beseft dat wij eigenlijk ook gewoon dieren zijn, of zoals Desmond Morris het zegt: ‘kale apen’, dan is het zeer confronterend om langs hoge grijze appartementsblokken te rijden gelegen in een betonnen jungle naast een of andere ring- of snelweg. In je gedachten zie je de mensen, of moet ik zeggen beesten, opeengepakt zitten in hun kleine betonnen hokjes.

Wat met varkens die opgehokt in een stal leven? Die krijgen gedragsstoornissen, worden gestrest of agressief. Bijten elkaars staart en oren af. Mensen vertonen veel gelijkenissen met varkens. Niet alleen fysiek maar ook sociaal. Als wij mensen te dicht bij elkaar zitten loopt het ook mis. We zijn tenslotte evengoed als varkens gewoon maar dieren. Al moeten we toegeven dat we dieren zijn met een geavanceerde vorm van sociaal gedrag, een eusociale soort.

In het boek ‘Over groen en gezondheid. Groen als medicijn?’ maakten mijn man en ik al de vergelijking tussen twee groepen dieren. Een die in gevangenschap moet leven en wel voldoende eten en drinken krijgt maar gespeend wordt van zijn of haar natuurlijke habitat en een die in gevangenschap leeft, in een decor dat volledig lijkt op hun natuurlijke habitat. Het resultaat is dat de eerste groep gemakkelijker gestresseerd, angstig en depressief gedrag zal vertonen dan de tweede. Bij mensen van het ras ‘Homo sapiens’ is dit evengoed het geval.

Sommige religies willen ons doen geloven dat wij opeens, bij wijze van spreken uit het niets, op aarde zijn verschenen. Wij zijn door een magische hand geschapen. Dit doet ons vergeten dat wij net als andere diersoorten het product (en dus naar alle waarschijnlijkheid niet het eindproduct want evolutie is een proces dat altijd bezig is) zijn van een evolutie- en selectieproces. Wij zijn uit andere soorten ontstaan en niet zomaar in een keer in de gedaante van de hedendaagse mens op onze planeet verschenen. Het bewijs van ons ‘dierlijke’ zijn enkele oude resten die we nog altijd in ons meedragen. Denk maar aan ons staartbeentje (een overblijfsel van een kwispelende staart) of aan onze wijsheidstanden (in vervlogen tijden handig gereedschap om grote stukken vlees te verorberen, nu iets minder functioneel sinds de uitvinding van fijngemalen preparé en kant en klaar gehakt in bakjes).

We kunnen met andere woorden niet ontkennen dat we, net zoals andere dieren, afstammen van andere (dier)soorten. De vraag is dan: als we gewoon beesten zijn moeten we dan ook niet (terug) wat meer gaan leven als (oer)beesten? Zeker in het geval ons gestel nog niet is aangepast aan onze moderne leefstijl. En ‘be a beast’ hoe doen we dat?

De mens heeft zeer lang gedacht dat hij aan de top van de piramide stond van het leven hier op aarde. De mens voelde en voelt zich soms nu nog, superieur. De meest verheven soort. ‘Beter’ dan de dieren. De vraag is hoe kun je beter zijn dan de dieren als je zelf een dier bent?

Lang dachten we dat dieren geen emoties hadden en niet intelligent waren, we hadden het mis. Wij denken als mens nogal snel dat wat wij niet begrijpen of niet kunnen vatten minder of niet intelligent is. Wij zouden beter inzien dat wij misschien (nog) niet de kennis of de mogelijkheden hebben om andere vormen van intelligentie te begrijpen. We zouden beter inzien dat het niet is omdat andere vormen van intelligentie anders werken dan de onze, bijvoorbeeld zonder centraal brein, ze daarom minder intelligent zijn. Wij hebben de neiging alles te vergelijken met onze soort, de superieuren, en alles wat niet hetzelfde is of werkt als het onze te beschouwen als minder of inferieur. De mens is niet beter of per se slimmer, wel agressiever en dominanter waardoor hij de andere soorten is gaan overheersen en is gaan parasiteren.

Denk je na het zien van dit filmpje nog altijd dat de mens de slimste diersoort is? Als ik constateer dat in programma’s zoals ‘De Mol’ ze misschien met een tiental man uren moeten nadenken over een gelijkaardig raadsel dat men aan deze kraai voorschotelt dan heb ik mijn bedenkingen over het feit dat de mens superieur is qua intelligentie.

De soorten die het best zijn aangepast aan hun omgeving overleven. Maar zulke aanpassing van soorten vraag meestal veel tijd. Hier gaan vele generaties overheen. Omdat wij duizenden jaren in een natuurlijke context leefden en onze ‘moderne hoogtechnologische stedelijke omgeving’ nog maar iets is van enkele honderden jaren oud zijn we dus als soort nog niet aangepast aan onze huidige leefomgeving. Misschien is dit over x-aantal jaren wel het geval maar momenteel zijn wij nog meer wilde dieren dan we soms zouden willen denken en geloven.

Een grappig filmpje dat ons doet inzien wat we gemeenschappelijk hebben met andere diersoorten zoals de mensapen.  ‘Food for thought’ zoals Attenborough het noemt.

Vele moderne ziektes zijn, in de context van het vorige, eerder ziektes van een soort dan van een individu. Bijvoorbeeld diabetes, burn-out, depressie, slapeloosheid, bijziendheid, hart- en vaatziektes. Ze zijn volgens het boek ‘Leef als een beest’ bijna allemaal terug te brengen op of hebben te maken met twee dingen:

  1. teveel eten en te weinig bewegen
  2. teveel stress

Deze twee factoren zouden teruggaan op het feit dat we evolutionair niet aangepast zijn aan onze huidige leefstijl of leefomgeving.

Zo was het evolutionair belangrijk om, als er eten was, een voorraad op te slaan in ons lichaam. Dit om latere periodes, dat er geen voedsel te vinden zou zijn, te overbruggen. Nu zijn deze periodes van schaarste en honger er voor de meesten onder ons niet meer. Wat we wel doen is, bij de aanblik van voedsel, blijven eten. Ons lichaam zegt ons instinctief immers nog altijd dat het goed is een voorraad op te slaan om eventuele toekomstige barre tijden door te komen.

Bovendien bewegen we in vergelijking met vroeger nog nauwelijks. Als jager-verzamelaars legden we heel wat kilometers per dag te voet af terwijl we nu een groot deel van de dag met ons achterwerk aan een stoel lijken te plakken. Een gevolg van deze veelal zittende levensstijl is onder andere een toename van aandoeningen zoals obesitas, hart- en vaatziekten, en diabetes. De (gedeeltelijke) oplossing is minder en gezonder eten en meer bewegen. Handig hierbij is natuurlijk een context die ervoor zorgt dat we beweging langer kunnen volhouden. Toevallig of niet zijn er verschillende studies die aantonen dat een groene omgeving hiervoor uitermate geschikt is. Met andere woorden in het licht van de noodzaak aan meer bewegen komt het belang van de natuur voor de mens weer eens duidelijk naar voren.

Verder zijn vele ziektes van deze tijd, naast het gebrek aan beweging en het teveel aan ongezond eten, ten dele te wijten aan chronische stress. Dit omdat ons biologisch zeer oude stresssysteem onaangepast is aan onze huidige levensstijl. We reageren nu veel meer dan vroeger op gevaren die zich niet in de realiteit maar in onze geest voordoen zoals stresserende gedachten over het behalen van deadlines. De reactie van het lichaam op deze niet fysiek aanwezige ongrijpbare stressoren is hetzelfde als deze op acute, fysiek reële stressoren. De piekergedachten kunnen in ons lichaam dezelfde processen in gang zetten als bij de aanval van een leeuw het geval zou zijn. De aanwezigheid van deze niet reële stressoren is in tegenstelling tot fysiek reële stressoren constanter aanwezig en dus veel chronischer van aard. Slapeloosheid en depressie hebben onder andere te maken met dit soort van chronische fysieke niet grijpbare stressoren.

Daarnaast is er nog onze huidige verstedelijkte omgeving waarin we als soort leven. Uit onderzoek blijkt dat een betonnen jungle minder gunstig is voor ons stressniveau dan een groen kader. Natuur doet ons stressniveau  afnemen, daar zijn inmiddels genoeg bewijzen van te vinden. Je ziet dus dat het teveel aan stress van de moderne Homo sapiens ook wel eens te maken zou kunnen hebben met zijn stedelijke leefomgeving of het gebrek aan natuur.

En zo maak ik even het bruggetje naar natuur. Naast te veel stress, te veel eten en te weinig bewegen zou ik nog een extra punt willen toevoegen aan het lijstje van mogelijke oorzakelijke factoren van onze moderne ziektes. Ik heb het dan over de factor ‘een tekort aan natuur of een gebrekkige band met onze natuurlijke omgeving’. Ik denk namelijk dat onze band met of de aanwezigheid van een (natuurlijke) omgeving een elementair onderdeel is in de strijd tegen een aantal van de problemen van de hedendaagse mens.

Eenmaal je beseft dat je eigenlijk een beest bent zie je dat er heel wat van ons modern gedrag absurd is en niet past bij wie we evolutionair zijn. Wat kunnen we doen om deze ‘mismatch’ te overwinnen? Wel, we kunnen ons proberen aan te passen aan onze evolutionaire oorsprong. Het komt er dan simpelweg op neer dat we gezonder kunnen worden door terug wat meer als een beest te gaan leven.

Volgens Witte en Wilma moeten we bijvoorbeeld weer wat meer als beesten spelen, slapen, communiceren, bewegen, eten, niks doen en onze aandacht focussen. Wat we van hen wel nog als een mens mogen doen is denken. Hierbij handig gebruik makend van ons grote brein en onze hang naar beloning. Helemaal mee eens Witte en Wilma zou ik zeggen. Om het ‘leef meer als een beest verhaal’ compleet te maken zie ikzelf dit alles wel nog graag gebeuren binnen een natuurlijke en voor de mens geschikte setting.

Hieronder beschrijf ik een aantal ‘beest’ methodieken uit het boek en van mezelf die ons kunnen helpen om opnieuw ons natuurlijke zelf te zijn.

Speel als een beest. Alle dieren, waaronder dus ook de mens, spelen. Niet alleen jonge dieren, even goed oudere exemplaren houden van spelletjes. Ze spelen als ze zich goed, ontspannen en veilig voelen. Via spel leren ze vaardigheden en oefenen ze bepaald gedrag. Spelen is dus ontzettend belangrijk! Maar spelen is niet alleen noodzakelijk om bepaalde vaardigheden en gedrag te leren, ook voor onze fysiek is spelen onontbeerlijk. Zo is buiten spelen bijvoorbeeld belangrijk voor onder andere de preventie van obesitas en bijziendheid. Neem nu dit laatste ‘de ogen van onze kleinsten’. Doordat kinderen en jongeren minder buiten spelen en uren per dag van dichtbij op een of ander scherm zitten te kijken is bijziendheid een enorm probleem aan het worden. Zaken die bij het buitenspelen aan bod komen zoals zonlicht, vitamine D, je ogen focussen in de verte… zijn nu eenmaal cruciale factoren om bijziendheid te voorkomen.

Verder is sport natuurlijk ook een soort van spel. Een bijzondere vorm van teamsport, die reeds door onze verre voorvaderen werd beoefend en waarbij men moest samenwerken om een doel te bereiken, is de jacht. Dat de liefde voor de jacht bij menig man in het bloed zit zien we aan het feit dat heel wat mannen nog altijd houden van teamsporten, lees jachtvormen, zoals voetbal. Een geliefde vergelijking trouwens want zowel in het boek als in de documentaire van Desmond Morris over de naakte aap, leert men ons dat voetbal een verkapte vorm van jacht is. Het doelpunt scoren zou ons hierbij evenveel voldoening geven als de prooi vangen bij een jacht. Jagen doen we logischerwijs tegenwoordig meestal voor de fun, in de vorm van spel of sport, eerder dan uit pure noodzaak om te overleven.

Het verband tussen sport en jacht kan men ook afleiden uit het feit dat zowel in de jacht als in vele sporten, denk maar aan tennis, voetbal, basketbal… het mikken cruciaal is. In sporten gaat het veelal om het goed kunnen mikken met een bal, om het doel te bereiken. In de jacht gaat het dan over het exact mikken met een wapen, om de prooi neer te halen.

Wil je meer leven als een beest speel, jaag of sport dan wat meer. Doe dit zoals de meeste beesten het liefst ‘en plein air’. Denk er aan ‘koopjesjacht’, ook al is het te doen in de buitenlucht, valt niet onder de noemer ‘meer spelen als een beest’.  Uitermate geschikt zijn teamspelletjes die gelijkenissen vertonen met de jacht.  Daarnaast hoeft jacht niet te gaan om jacht op een dier. Je kan evengoed zoals dieren doen ‘jagen op’ of zoeken naar bessen, vruchten…

Slaap als een beest. Jagers-verzamelaars sliepen zoals andere dieren waarschijnlijk niet een keer maar verschillende keren per dag. Niet zo lang nadat de zon onder ging zochten ze een geschikte plek om zich neer te vlijen. Als ze uitgerust waren werden ze uit zichzelf wakker. Dit staat in schril contrast tot de slaapgewoontes van de meeste moderne mensen.  Die slapen hooguit een keer per dag en worden, of ze nu uitgerust zijn of niet, met behulp van een wekker uit hun slaap opgeschrikt. Een ander verschil tussen ons en onze voorouders is niet alleen dat ze gedurende de dag meer sliepen maar ook dat ze nog eens veel meer bewogen. Daarenboven gebeurde dit alles niet binnen in een verwarmde kamer, maar buiten in de frisse lucht. Het klinkt velen onder ons wellicht inderdaad bekend in de oren. We zitten hele dagen op onze luie kont, staren onder kunstlicht naar schermen met blauw licht en blijven veel langer wakker dan goed voor ons is. We slapen niet in de frisse lucht, bewegen weinig en worden minder blootgesteld aan natuurlijk daglicht. Hierdoor hebben we het moeilijk om stoffen aan te maken die belangrijk zijn voor een goede nachtrust zoals het slaaphormoon melatonine. Wat kunnen we hier aan doen? Wel, als het op slapen aankomt, meer redeneren als een beest. Wie wil slapen als een beest doet gedurende de dag, zoals de meeste beesten en ondertussen ook tal van werknemers in trendy bedrijven, een zalig verkwikkend dutje of in managers jargon een ‘power nap’.  Zorg daarnaast voor een frisse slaapplek, hol of nest. In scandinavië is men hierin helemaal mee. Daar slapen kinderen soms lekker warm ingepakt in onverwarmde speciale buitenhutjes of gewoon als een poolbeertje in de buggy. Misschien ook iets voor bij ons? In de winter een speciaal met schapenvacht bekleed slaaphutje in een groen kader of in de zomer een zalige hangmat tussen enkele frisse geurende bomen of gewoon een tentje in de eigen achtertuin.  Vermijdt voor een goede beestachtige slaap verder ’s avonds het loeren naar schermen. Zeker diegenen met blauw licht. Maak liever zoals een beest nog een wandeling voor het slapengaan. Dit in plaats van als een zombie een hele avond vanop je canapé naar zielige figuren in een kastje te kijken. Beweeg voor een goede nachtrust tenslotte overdag voldoende buiten, liefst in het ochtendlicht, en laat uw wekker, als je hierdoor geen risico loopt op ontslag, aan de kant of ruil hem in voor een haan die je bij het krieken van de dag wakker kraait (hou hierbij wel rekening met eventuele burenruzies).

Beweeg als een beest. We zijn er als jager-verzamelaars op gebouwd om veel op een dag te lopen en te bewegen. Wij waren vroeger als jagers-verzamelaars dan ook veel in beweging. Wij legden heel wat kilometers per dag af. Ons lijf is hierop anatomisch voorzien. Onze lichaamsbouw is dus niet echt geschikt om een hele dag zittend op een stoel of liggend onder een fleecedekentje door te brengen. Bewegen is goed voor onze gezondheid! Daar zijn we het ondertussen over eens. Het heeft een positief effect op obesitas, kan onze bloeddruk naar beneden halen, ons psychisch welbevinden verbeteren en hart en vaatziekten, depressie, borst- en darmkanker, cognitieve achteruitgang zoals dementie en vergeetachtigheid en diabetes type 2 verminderen. Niet binnen in de sportschool maar vooral buiten bewegen, zoals de meeste beesten doen, is belangrijk. Zo heb je meer kans op een goede dosis zonlicht, vitamine D, frisse lucht en het zien van rustgevende fractale vormen. Kortom, wil je leven als een beest kom dan te gepasten tijde uit uw hok, zoek een natuurlijk kader op en beweeg!

Communiceer als een beest. Vervreemding van zichzelf, de ander en onze natuurlijk omgeving of een gebrek aan authentiek contact is volgens mij een van de grootste problemen van onze tijd. De mens is zoals vele andere diersoorten, denk maar aan schapen en koeien, een sociaal- of kuddedier. Daarom vindt hij het dus heel belangrijk om anderen om zich heen te hebben. Hij heeft de goedkeuring (denk maar aan de likes of duimpjes op facebook) van anderen nodig om zich goed te voelen, zichzelf te waarderen, zijn identiteit op te bouwen. Voor elke soort is er echter een grens aan de omvang of grootte van de kudde, de groep, waarin de soort zich goed voelt en het best kan functioneren.

Men veronderstelt dat de grens voor mensen op iets van een 150 zit. Mensen zouden vroeger namelijk in groepen van maximaal 150 personen geleefd hebben. Vandaar dat ons brein gericht zou zijn op een ‘kudde’ van maximaal 150 personen. Homo sapiens voelt zich met andere woorden op zijn best in een kudde van 150. Wil je leven als een beest zorg dan dat je vriendenkring uit ongeveer maximaal 150 leden bestaat  (een probleem voor de meeste facebookaccounts). Kortom niet te veel mensen in je kudde toelaten is de boodschap. Let er wel op dat dit niet leidt tot het andere uiterste, te weinig of geen kudde is immers ook niet ideaal.  Onthoud tot slot dat er niets boven echt authentiek contact gaat. Probeer virtuele communicatie daarom zo veel mogelijk in te ruilen voor face to face contacten.

Eet als een beest. We zijn als mens gebouwd om te leven in schaarste maar leven tegenwoordig in overvloed. Er gaat veel meer in dan er weer uit komt of dan we verbruiken. Het is evolutionair gezien doodnormaal dat we ons aangetrokken voelen tot chips, frieten, ijsjes of in mijn geval chocolade. We moesten nog niet zo lang geleden eten wat we te pakken konden krijgen. Ik hoor het mijn vader nog zeggen; ‘Tijdens de oorlog moesten wij eten voor de honger die komen zou’. Soms was het een noodzaak dagenlang te overbruggen zonder vette en energierijke voeding. We hadden nu eenmaal niet alle dagen voldoende te eten. Zeker geen vette en calorierijke voeding zoals we ze tegenwoordig in overvloed in onze supermarkten terugvinden. Het was geen zeldzaamheid dat de mens heel wat dagen ronddwaalde in de hoop iets dat degelijk was en eetbaar te pakken te krijgen. Tegenwoordig blijven de schrale dagen, voor de meesten onder ons, echter uit. Wat wel blijft is onze drang naar dit soort van voeding. Probeer dit in te zien en niet meer te eten dan je nodig hebt, zeker geen gesuikerde, gezouten en te vette snacks. Wil je verder meer eten als een beest, eet dan eens met je handen of lik je bord uit (liefst niet in het bijzijn van bijzondere figuren zoals schoonouders, je puberende kinderen, je baas…). Fijn is het eveneens als je net als de meeste wilde beesten kan zien waar je voedsel vandaan komt. Geef daarom de voorkeur aan gezonde herkenbare  pure voeding in plaats van voeding die zodanig verwerkt is dat je niet meer weet wat je eet. Denk maar aan mayonaise uit tubes, pizza met bicky burger smaak, namaak eieren, kabouter plop worst (maken ze van kabouters nu ook al worst of wat zit er anders in zo’n rozige vlezige schijf?). Niet echt gezond en bovendien niet echt zoals wilde beesten het op het menu krijgen.

Beleef de wereld meer zoals een beest en doe dit in je natuurlijke habitat: de natuur. Afbeelding uit de film ‘The Ape man from The Lost World’, 1925

Beleef of focus je aandacht als een beest. Leef in het hier en nu en niet gisteren of morgen. Moeilijk, want de menselijke geest is eerder gericht op wat er zich allemaal in ons hoofd afspeelt met betrekking tot het verleden en de toekomst dan op wat er zich nu in de werkelijkheid aandient. Probeer ondanks dit feit toch je aandacht te brengen bij wat je nu doet en de omgeving waarin je nu bent. Dit geeft rust en voldoening en zorgt ervoor dat we taken veel sneller en efficiënter gedaan krijgen. In deze context is het nuttig om je gsm af en toe uit te zetten en activiteiten te doen die ons helpen in het moment te komen. Wandelen in de natuur en lezen bijvoorbeeld (beste lezer je bent dus nu goed bezig) is een ideale bezigheid om in het hier en nu te komen. Daarbij gebruik je dezelfde hersengebieden als waarmee jager-verzamelaars sporen in de natuur ‘lazen’ zoals sporen van wild.

‘Dat is het echte geheim van het leven: volledig betrokken zijn bij wat je aan het doen bent in het hier en nu.’ Alan Watts

Ontspan als een beest. Dit kan je vertalen als af en toe gewoon luieren en niets doen. Probeer je vrije tijd niet altijd in te vullen met vrijetijdsactiviteiten (‘activiteiten’ het woord zegt het zelf al). Raar maar waar, vrijetijdsactiviteiten geven sommigen onder ons tegenwoordig zelfs eerder een gevoel van stress dan van ontspanning. Gewoon niks doen; het mag af en toe.  Niets doen betekent niet gewoon fysiek stil zitten maar vooral met je hoofd niet altijd bezig zijn. In de zetel gamen of op een stoel internetten hoort dus niet in de categorie “niets doen” thuis. Gewoon wat ronwandelen in een bos, zonder doel en genieten van het hier en nu, van de omgeving, is daarentegen wel een soort van dierlijk niets doen. Jezelf vervelen, muziek beluisteren en luiwamessen behoren daar evengoed bij.

Ons brein is nu eenmaal nieuwsgierig en wil voortdurend van alles bedenken, piekeren, zich laten afleiden. Dan is het goed om af en toe niets te doen en niet in te gaan op de stroom van gedachten. In plaats daarvan richten we onze aandacht, net zoals een beest, best op iets anders zoals een mooie natuurlijke omgeving rondom ons.

‘Hoe meer je je haast, des te langzamer je gaat.’  Seng ts’an

‘De natuur kent geen haast, toch wordt alles volbracht.’ Lao Tse

Om een lang verhaal kort te maken: alles wordt anders als je beseft dat je, ons brein niet in acht genomen, niet zo veel verschilt van andere zoogdieren. Ga en verkondig de leuze ‘Leef meer als een beest’ aan ieder die je op je pad tegenkomt. Succes!

Bronnen:

  • Leef als een beest. Wilma de Rek en Witte Hoogendijk, Uitgeverij Balans, 2018
  • The Meaning of Human Existence. Edward O. Wilson, Liveright Publishing Corporation, 2014
  • BBC reportage. De naakte aap.  Desmond Morris, 1994
  • De kale aap. Desmond Morris, Atlas Contact Uitgeverij, 2018